Transformatieagenda sociaal domein vastgesteld

Rolstoel-mantelzorg-nbb_foto_715637_650x433donderdag 03 maart 2016

Tijdens de commissie van februari is de transformatieagenda van het sociaal domein besproken. Dit allemaal in het kader van de decentralisaties van de jeugdzorg, WMO en de Participatiewet. Deze decentralisatie is grofweg in twee processen te onderscheiden namelijk de transitie en de transformatie.

De transitie betreft het veranderingsproces bij de decentralisaties waarbij vooral de structuur van het bestaande stelsel verandert, zoals de wet- en regelgeving en de financiële verhoudingen. Concreet is dit het proces waarin de gemeenten verantwoordelijk  zijn geworden voor de WMO, jeugdzorg en de Participatiewet. Deze verantwoordelijkheden zijn vastgelegd in wetten en in gemeentelijke verordeningen. Het transitieproces is binnen onze gemeente afgerond.

Het transformatieproces is het veranderingsproces bij de decentralisaties waarbij het vooral gaat om een inhoudelijke vernieuwing binnen het nieuwe stelsel, namelijk een andere cultuur en andere werkwijzen tussen burgers, beroepskrachten, instellingen en gemeenten. Hierbij gaat het dan bijvoorbeeld om het anders organiseren van de toegang tot collectief gefinancierde zorg en ondersteuning, meer en betere samenwerking tussen professionele en vrijwillige zorgverleners en mantelzorgers, passende ondersteuning van mantelzorgers en zorgvrijwilligers, aansluiting bij de talenten en mogelijkheden van mensen zonder evt. beperkingen uit het oog te verliezen, meer ruimte en stimulans voor zorginitiatieven van particulieren, etc.

De agenda die besproken is tijdens de commissie Samenleving geeft de richting aan van het proces dat we als gemeente gaan doorlopen. Wij hebben ook onze visie op deze agenda gegeven. Dit aan de hand van 4 partijen die met dit proces te maken hebben.  Hierover meer in onderstaande tekst.

De conclusie van alle aanwezige politieke partijen was dat iedereen zich kon vinden in de transformatieagenda. De grootste discussie ging over het tijdspad en de financiën.  Moeten we aan een dergelijk proces wel een einddatum (2018) hangen en zijn er wel genoeg financiële middelen om het proces goed te doorlopen.  Van beide denken wij, en de rest van de commissie,  dat dit vooralsnog het geval is. Gedurende het proces houden we vinger aan de pols en als blijkt dat de einddatum van het transformatieproces te ambitieus is gebleken dat bestaat er altijd de mogelijkheid om het aan te passen. Dit geldt ook voor de financiële middelen. Mocht blijken dat er toch te weinig financiële middelen zijn dan wordt dit teruggekoppeld aan de raad en dan gaan we daarover met elkaar het gesprek aan. Al met al kon elke partij instemmen met de transformatieagenda en kon het stuk als hamerstuk naar de raadsvergadering van februari.


In onderstaande tekst staat de door ChristenUnie-raadslid Kees-Willem Markus gehouden bijdrage.

“Wij willen deze agenda bespreken aan de hand van 4 partijen die daarin een rol hebben en of zij deze rol goed kunnen vervullen vanuit de mate waarin zij betrokken worden bij de discussie. De 4 partijen zijn de gemeente, de aanbieders van zorg, en de belangrijkste namelijk de cliënt oftewel onze inwoners en de minst belangrijke in dit verhaal de gemeenteraad.

Allereerst de gemeente: in het stuk staat beschreven dat de gemeente voor zichzelf een regierol ziet weggelegd voor het gehele sociale domein. Dit is een ambitieuze rol maar wat ons betreft wel de juiste gezien ons gekozen toegangsmodel. Dit betekent wel dat de gemeente in het gehele transformatieproces het voortouw moet nemen en bij dit alles niet de zorg voor onze inwoners uit het oog moet verliezen. Maar daar kom ik zo nog op terug. Aangezien de gemeente  de regie voert in dit proces moge het duidelijk zijn dat zij voldoende wordt betrokken. De vraag die wel oprijst is of er voldoende kennis en middelen aanwezig zijn om deze regierol te vervullen. Dit niet omdat wij hieraan per definitie twijfelen, zeker niet als het gaat om kennis, maar wel omdat wij vinden dat gezien de belangrijke rol die de gemeente vervult  het van groot belang is dat deze rol ook zeer goed ingevuld moet worden. Vraag aan het college is of er dan ook genoeg financiële middelen zijn om de rol in het transformatieproces goed te kunnen vervullen? Zeker gezien het feit dat er eigenlijk geen budget is voor de transformatie en er gewerkt moet worden met het restantbudget? En daarmee samenhangend zijn er genoeg mensen beschikbaar om die kennis in huis te hebben om het transformatieproces vorm te geven. En nogmaals dit niet omdat we hierop kritiek hebben maar omdat we het goed willen regelen en niet achteraf moet de feiten geconfronteerd te worden.

Dan de aanbieders van zorg: met de aanbieders lopen er verschillende trajecten binnen de verschillende samenwerkingsverbanden en daarnaast worden er op lokaal niveau ook nog inspiratiesessies gehouden met aanbieders. Hiermee is de rol van aanbieders om bij te dragen aan het transformatieproces voldoende geborgd denken wij. Het gevaar schuilt er wel in dat het werken in verschillende gremia het lastig maakt om onze eigen koers te blijven varen. In de beantwoording op vragen van D66 wordt dit ook een uitdaging genoemd en dat is het ook. We zijn blij dat dit risico door de gemeente is onderkent en zullen blijven volgen hoe dit verder gaat lopen.

Dan de rol als raad: deze rol moet wat ons betreft een rol aan de zijlijn van het speelveld zijn. Wij hebben de kaders voor de transformatie bepaald, de lijnen uitgezet. Het doel waarheen we willen. Bij de verdere uitwerking moeten we ons niet met elk detail bemoeien maar op afstand in de gaten houden of het doel wat we hebben vastgesteld nog gehaald gaat worden of wellicht moeten we het doel bijstellen. De raad zal dus op hoofdlijnen in dit proces betrokken moeten worden. Het aanbod om inspiratiesessies te houden met de raad vinden wij een goede en daar maken we graag gebruik van. Daarnaast zullen de nog te ontwikkelen outcome criteria ons moeten helpen om meer gevoel te krijgen in hoeverre de transformatie goed verloopt. Over dit onderwerp hebben we de vorige commissie uitgebreid stil gestaan.

Dan tenslotte de belangrijkste rol namelijk die van onze inwoners. De transformatie is niet zo maar een proces. Het heeft direct invloed op het welzijn van onze inwoners.  En onze inwoners zijn zeer divers. Inwoners met een groot sociaal netwerk, inwoners zonder netwerk, inwoners met een sociaal netwerk op grote afstand en inwoners waarvan we eigenlijk niet eens weten of ze zorg nodig hebben. Kortom een eenduidige aanpak is lastig. Termen als ‘eigen kracht’  is voor vele van onze inwoners nog een grote ver van de bed show. In het betrekken van onze inwoners ligt dan ook een grote uitdaging en wat ons betreft ook cruciaal om te komen tot een getransformeerd voorzieningenpakket.  En over de rol van onze inwoners in de transformatieagenda hebben we onze twijfels. De vraag is of de inspiratiesessies met inwoners en specifiek op bepaalde leeftijden, de Adviesraad sociaal domein, digitaal forum via hulpinlansingerland.nl en het  inloopspreekuur van de wethouders wel voldoende is. Terecht geeft de ASD aan dat je voor informatie ook naar de mensen toe moet gaan. Zeker de mensen die zorgbehoevend zijn zullen niet snel naar je gemeente toegaan en moeten actief worden opgezocht. De gemeente geeft in haar reactie aan dat zij dit belang in dit verder onderzoekt. We blijven hiervan graag op de hoogte.

Kortom voor ons ligt een uitdagend transformatieproces met bijbehorende agenda die ons in eerste aanzet een goede lijkt, zeker ook nog met de beantwoording van de verschillende vragen vanuit de raad en de ASD. Een proces vol met uitdagingen en kansen maar ook aandachtspunten als het gaat om het betrekken van onze inwoners, het blijven varen van een eigen koers en de financiën.”

« Terug

Reacties op 'Transformatieagenda sociaal domein vastgesteld'

Geen berichten gevonden

Log in om te kunnen reageren op nieuwsberichten.