Meer met minder
In de vergaderingen van 13, 14 en 15 juni behandelden de commissies hun deel van de Voorjaarsnota en Kadernota. De Voorjaarsnota blikt terug en voert correcties door op de begroting. De Kadernota blikt vooruit en geeft een kader mee voor de meerjarenbegroting die na de zomervakantie opgesteld wordt voor de jaren 2013-2016.
De beide nota’s hebben een gedaanteverwisseling ondergaan. De Voorjaarsnota is voorzien
van de stoplichtenmethode die op drie aspecten het uitgezette beleid toetst: kwaliteit, tijd
en financiën. De Kadernota is vooral inhoudelijk geformuleerd.
Over de Voorjaarsnota was niet zo heel veel spannends te melden. Die leverde tijdens de
behandeling nog wel een aantal vragen op, maar geen vuurwerk. Alleen in de commissie
Algemeen Bestuur werd het college met denkwerk naar huis gestuurd, omdat de
Voorjaarsnota niet alleen correcties geeft voor afwijkende uitgaven en inkomsten, maar ook
op verwachte afwijkingen. In de commissie werd gevraagd om tussen deze twee
aanpassingen duidelijk onderscheid te maken.
In de praktijk geeft de Voorjaarsnota vaak een negatiever beeld dan de begroting.
Uiteindelijk sluit de jaarrekening vaak toch positief, wanneer geen rekening gehouden wordt
met onze grondexploitaties. Daarom rezen in de commissie Algemeen Bestuur de vragen of
de correcties niet later doorgevoerd kunnen worden. Of dat mogelijk is, betwijfelde de
wethouder, de regelgeving ten aanzien van bekende afwijkingen op de begroting is strak en
moet worden nageleefd.
De Kadernota was in de verschillende commissies wel onderwerp van gesprek. De nota
kreeg daarom van het college de titel, ‘meer risico’s, minder middelen’ mee. Wij kiezen liever
voor ‘meer met minder’, want dát is het financiële toekomstbeeld. Gemeentes zullen meer
taken moeten uitvoeren, maar hebben tegelijkertijd te maken bezuinigingen van de
rijksoverheid.
De crisis houdt aan en de verwachting is dat de gemeenten de komende tijd met de
rijksoverheid ‘de trap afgaan’ waardoor er extra bezuinigd zal moeten worden.
De gemeente heeft dan de keuze om te bezuinigen of te kiezen voor lastenverzwaring.
Omdat na de stofkam en de kaasschaaf de vetrandjes wel verdwenen zijn, zal er om te
bezuinigen nu echt gesneden moeten worden. Er moeten keuzes worden gemaakt.
In onze bijdragen hebben we aangegeven dat het ook dan belangrijk is dat er een visie is op
de toekomst en dat er niet lukraak her en der wat gesneden of gekort wordt, maar dat we
ook blijven bouwen aan een samenleving met maatschappelijke samenhang. De bloeiende
samenleving waarover wij in ons verkiezingsprogramma spreken. Ook pleiten wij voor een
mentaliteitsverandering waarin niet meer economische groei de toon zet, maar de zorg voor
elkaar en de verantwoordelijkheid voor de samenleving. Een focus op duurzame keuzes, niet
als modieus sausje maar als weloverwogen afweging, als kijk op de wereld. Zodat de crisis
een kans wordt.
Wat ons betreft kijken we nog eens kritisch naar de beheer- en onderhoudsplannen. Kan het
wellicht een tandje minder, zonder dat er echt sprake is van kwaliteitsverlies? Verder vinden
we dat de gemeente het gebruik van onze gemeentelijke accommodaties moet
optimaliseren en evt. locaties moet afstoten. Ook willen we dat het subsidiebeleid nog eens
tegen het licht gehouden wordt. Niet alleen omdat de Rekenkamer daar in de rapportage
kritiek op had en bruikbare aanbevelingen heeft gedaan, maar ook omdat er ons inziens
nog wel eens heroverwogen kan worden of iedere vereniging eigen ruimte nodig heeft, of
de bieb van de toekomst in elke kern full service moet draaien en een eigen vestiging moet
hebben, etc.
Ook voor de kanteling van de WMO hebben we aandacht gevraagd. De kanteling en de
overheveling van delen van de AWBZ naar de WMO gaan gepaard van bezuinigingsslagen.
Bovendien zorgt de vergrijzing voor een groeiende vraag naar WMO-diensten. Dit vraagt
zowel zorgvuldigheid als vastberadenheid in het toekennen van de WMO-zorg.
De buitensport blijft een aandachtspunt. Inmiddels kunnen we spreken van jarenlang en
moeizaam overleg dat door meerdere wethouders is gevoerd over de toekomst, de
kostenverdeling, onderhoudsniveaus, uitbreiding etc. Met het aantreden van de nieuwe
wethouder eind 2011 leek er vaart te komen in het proces, maar de sport heeft -opnieuw- de
besprekingen afgebroken. Het contact met Verenigde LansingerLanders blijft voor college
en raad een zorgenkindje.
Zowel vanuit de coalitie als vanuit de oppositie werd aangegeven dat de lijn van het college
erg voorzichtig is en dat er echte keuzes moeten worden gemaakt. Daarom werd
voorgesteld om raadsbreed een zomerakkoord op te stellen waarin voorstellen voor echte
bezuinigingen worden doorgesproken. Gelet op het feit dat m.n. het CDA niet meer lijkt te
opteren voor het ‘oppositie om de oppositie’ geeft dit voorstel ons hoop dat dit initiatief
raadsbreed uitgewerkt kan worden en dat we een koers uit kunnen zetten om met minder
meer te doen.
De besprekingen voor dit zomerakkoord zullen nog vóór de zomervakantie worden gepland.
Berkel en Rodenrijs, 17 juni 2012
Ankie van Tatenhove
Plaats het eerste bericht!